21 april 2021

Eeuwenlang heeft de pest een groot stempel gedrukt op maatschappij en mentaliteit. Een tentoonstelling in Museum Het Valkhof over deze beruchte infectieziekte geeft inzicht in de middeleeuwen en het heden.

Op de schaal van de menselijke geschiedenis is corona niet meer dan een kortstondig ongemak. Maar corona verbleekt helemaal in vergelijking met de pest, die alle andere infectieziekten overtreft in dodental en duur: honderden miljoenen vanaf het begin van de jaartelling tot nu. Het dieptepunt was de tweede pestpandemie die tussen 1347 en 1352 in Europa woedde en de bevolking van het continent halveerde. Mensen stierven in zo’n hoog tempo, dat doodskisten van een valluik werden voorzien zodat ze aan de lopende band konden worden hergebruikt.
Die kisten zijn nu te zien in Museum Valkhof in Nijmegen, waar tentoonstelling ‘De Pest’ invoelbaar maakt welke impact een volksgezondheidscrisis van dat formaat heeft op de maatschappij en vooral op de geestelijke gesteldheid. De pest was dé vormende factor van de late middeleeuwen, met zijn hang naar geloof en bijgeloof om troost of controle over het onverklaarbare te krijgen. En die invloed heeft daarna nog eeuwenlang doorgeklonken, tot de moderne tijd zelfs.

Zaaloverzicht met de Heilige Sebastiaan van Hendrick van Holt, ca. 1520-30, collectie Museum Het Valkhof, foto: Het Valkhof / Flip Franssen

Slikprentje
De verbondenheid van religie en pandemie wordt meteen bij het begin van de tentoonstelling benadrukt door een zeventiende-eeuws pestkruis. Zelfs Christus is niet veilig voor de ziekte en vertoont builen. Schuin hiertegenover de dagelijkse praktijk op doek: een wit kruis markeert een besmet huis. Weer een schilderij verderop kronkelt de ziekte als een kwalijke damp langs zijn slachtoffers. En kunstenaar Bodo Korsig geeft een hedendaagse interpretatie met keramische knotsen met knobbels, die uit de wanden steken van het steeds smaller toelopende gangetje, en zich vervaarlijk opdringen.
Na de introductie van de ziekte volgen de beschermheiligen die het gevaar moesten afweren. Vooral Sint-Sebastiaan, die door pijlen werd doorzeeft maar niet stierf, was bijzonder populair. Maar ook Sint-Rochus, steevast afgebeeld met hond en wond aan zijn been, Sint-Job en Maria werden aangeroepen om hulp. Gebedsnoten en devotiekastjes vonden gretig aftrek. Een bijzonder fenomeen was het slikprentje: door de heilige te verteren wordt zijn kracht deel van je, een beetje zoals kannibalen geloven in het overnemen van iemands geest door hem op te eten.
De dood was alledaags gezelschap en kreeg op een gegeven moment ook een gezicht. Hij was een skelet met een zeis of een oude vrouw in nonnenhabijt. Ook werden zondebokken aangewezen. De joden die vanwege hun rituelen hygiënischer leefden en daarom minder vaak getroffen werden, zijn in diverse schilderijen neergezet als verspreiders van de ziekte. Zelfs toen de medische stand steeds wetenschappelijker ging werken, bleef lange tijd veel onduidelijk. Artsen liepen rond met snavelmaskers waar kruiden in werden verwerkt of rookten non-stop pijp om ‘de lucht te zuiveren’. Pas in de negentiende eeuw werd ontdekt dat de pest door vlooien werd overdragen op ratten, die de meisjesbuste van Sylvia B. als gevaarlijk speelgoed achter haar rug houdt.

Zaaloverzicht met ‘Lina’ van Silvia B. (2016), courtesy kunstenaar, foto: Het Valkhof / Flip Franssen

Hang naar spiritualiteit
Het idee voor deze tentoonstelling dateert van voor corona, maar door de uitbraak van de pandemie is ze plots hartstikke actueel. Want ook nu weer hebben we te maken met complotdenkers, maatschappelijke onrust, ontwrichting van het dagelijks leven en een groeiende hang naar spiritualiteit om de onzekerheid te bestrijden. De middeleeuwen, die toch altijd aanvoelden als iets vreemds van lang geleden, zijn door deze tentoonstelling een stuk beter voor te stellen en te begrijpen.
Daarnaast is dit een bijzonder goed gemaakte tentoonstelling, boordevol topstukken zoals een meter brede uitvoering van Boccaccio’s veertiende-eeuwse verhalenbundel ‘Decamerone’ en heerlijke schilderijen van Metsu en Dürer. De combinatie met hedendaagse kunst en historische gebruiksvoorwerpen werkt verfrissend en belooft veel goeds voor de transhistorische koers die het museum hiermee is ingeslagen. Het is nu alleen te hopen dat de lockdown niet te lang duurt en de looptijd niet wordt gereduceerd tot een paar weken.

Anoniem, ‘De pest in de Leuvense Sint-Jacobsparochie in 1578’, 1578, collectie Museum M, Leuven, foto: Dominique Provoost

De Pest’, vanaf heropening verlengd t/m 11 juli, ook open op maandag, Museum Het Valkhof, Nijmegen, MK geldig, www.museumhetvalkhof.nl
In Museumtijdschrift 2 verscheen een uitgebreide vooruitblik op deze tentoonstelling, geschreven door Kees Keijer.

Hoofdbeeld: Pieter van Laer, ‘Flagellanten’, ca. 1635, collectie Alte Pinakothek, München