13 juli 2020

Het is een universum op zich: de theatrale schilderijen, sculpturen en video’s van Kati Heck. Haar eerste grote Nederlandse overzicht is nu te zien in Gem Den Haag.

Als je kunstenaar Paul McCarthy – die in zijn videofilms rondgooit met ketchup en nepvlees – kruist met de gruizige striptekenaar Robert Crumb en een vleugje Salvador Dalí, beland je in de bizarre wereld van de Duitse kunstenaar Kati Heck (1979). Haar schilderijen zijn realistischer dan realistisch. Ze schildert haar vriendinnen, de buurman en haar lief, alsof ze zich zo uit de schilderijlijst wurmen om je aan te spreken. Ze zijn soms lelijk, soms juist prachtig. Ze kunnen grimassen als de beste of voelen zich juist overduidelijk niet op hun plaats. Hier penseelt Heck energiek en gedreven een wereld die heel dicht bij de onze ligt. Tot je goed naar handen of voeten kijkt. Die uiteindes zijn soms niet meer dan een schets tegen een leeggebleven vlak. Wat gebeurt hier? Had de schilder haast, of zijn die friemelige uiteindes van zowel been als arm gewoon te weerbarstig? Het maakt eigenlijk niet uit waarom, want het intrigeert als Heck met die cartooneske twist de suggestie van realiteit onderuitschoffelt. Dat schetsmatige en cartooneske fungeert als een anker tussen twee werelden.

Kati Heck, ‘Selbstverständlich! (Die Übernahme)’, 2016, privécollectie. Courtesy Tim Van Laere Gallery, Antwerpen

Van Gogh en donuts
In Gem Den Haag is Hecks eerste Nederlandse overzichtstentoonstelling ‘Hauruck d’Orange’ ingericht. De Duitse kunstenaar vertrok als negentienjarige naar België en bezocht de kunstacademie van Antwerpen. Ze bleef in België wonen, maar ze moet zich waarschijnlijk nog heel Duits voelen: titels van naambordjes zijn Duits, de titel ‘Hauruck d’Orange’ is Duits slang, Hauruck betekent iets als: Komaan! Heck laat haar eigen aansporing niet onbetuigd. Ze schildert een begeesterd universum, vol verwijzingen. Zonnebloemen die op Van Gogh kunnen duiden, een meer dan manshoge zachtfluwelen sfinx die is neergevlijd in de tentoonstellingzaal, met een zelfportret als hoofd en met zo’n typisch Magrittepijpje tussen de lippen geklemd. En voila, je denkt aan België, vanwege dat pijpje.
Het zijn stereotypen, maar door het filter van de kunstenaar gehaald. Wat niet wil zeggen dat Heck zo’n keurige kunsthistorisch verantwoorde kunstenaar is. Want het stoute DNA van Paul McCarthy is volop aanwezig: een ronde donutsculptuur die eindigt in een vuist is een toegangspoort naar een andere wereld. In het hart van de donut speelt een video waarin een vrouw op zoek is naar vragen, via een donutmannetje dat verdacht veel doet denken aan een kringspier, dat halfslachtig haar doorgang weigert, maar toch ook weer toelaat.


Zaaloverzicht ‘Kati Heck. Hauruck d’Orange’

Persoonlijke mythologie
Ook al doet Hecks werk denken aan de videokunst van McCarthy, zijn wereld is veel omineuzer. Heck zelf is, net als haar generatiegenoten, minder gericht op choqueren. Wel delen ze dezelfde voorliefde voor het chaotische, het avontuurlijke.
Heck schetst een persoonlijke mythologie, nooit bedoeld om helemaal te doorgronden. Op haar doek ‘Der Abschied’ (2017) doemt uit het vagevuur, achter een tweekoppige vrouw met luit die duidelijk moet kiezen welke weg ze zal nemen in een duister woud, een mannetje met ontbloot torso op. Onmiskenbaar is dit de gelooide en getaande muzikant Iggy Pop. Niets is wat het lijkt, schaduwen gedragen zich als zelfstandige figuurtjes met een eigen leven. Heck schilderde dit doek met onder meer ‘Das Lied von der Erde’, de liederencyclus van Mahler, in het achterhoofd. Die ooit zo serieuze scheiding tussen hoge en lage cultuur kruimelt in de vingers van Heck definitief uiteen.

Zaaloverzicht ‘Kati Heck. Hauruck d’Orange’

Kati Heck. Hauruck d’Orange’, t/m 8 november in Gem Den Haag, MK geldig, www.gem-online.nl, vooraf reserveren verplicht

Hoofdbeeld: Zaaloverzicht ‘Kati Heck. Hauruck d’Orange’, alle foto’s: Peter Cox.