25 oktober 2022
Al in de ontvangsthal krioelen honderden mieren over de muren om de tentoonstelling Onderkruipsels aan te kondigen. Door de combinatie van schilderijen en fantasierijke objecten, zoals een bokaal met hoorns of keramieken schalen waarop levensechte diertjes uit de modder lijken te kruipen, valt er hier genoeg te leren en te zien voor jong en oud. De bijzondere kleuren en vormen van insecten en reptielen fascineert kunstenaars tot op vandaag. Zo zijn er naast veel zeventiende-eeuwse kunstobjecten, waaronder het horrorachtige Hoofd van Medusa van Rubens, hedendaagse werken te zien. Zo maakte Tomás Saraceno een sculptuur van echte spinnenwebben.
Een minder kriebelig dier is te zien in de tentoonstelling Clara de neushoorn, over de levende neushoorn die door een VOC-kapitein in de achttiende eeuw uit India werd meegenomen naar Europa en hier rondtoerde als attractie. Haar gestalte siert de ruimte werkelijk overal, van de vele prenten en schilderijen tot een weelderige barokke klok waar Clara het uurwerk op haar stevige rug draagt. Ook is er een prent te zien van Albrecht Dürer, die twee eeuwen eerder al een beroemde prent van een neushoorn maakte – weliswaar met een extra hoorn op het hoofd. Na de komst van Clara naar Europa veranderde het beeld van de neushoorn in de kunst: dit werd realistischer. Ondanks dat u na de tiende neushoorn in deze tentoonstelling misschien een beetje uitgekeken raakt op dit motief, is het verhaal van Clara schrijnend fascinerend.