Al in 1886 trok Edzard Koning (1869-1954) met zijn studievrienden Lapidoth en Thorn Prikker van de Haagse Academie voor Beeldende Kunsten naar Nunspeet. Het dorp op de noordelijke Veluwe werkte in die tijd als een magneet op kunstenaars. Buiten schilderen – en plein air – wilden ze. In navolging van de kunstenaars in het Franse Barbizon zochten zij eind 19e eeuw nieuwe ongerepte plekken waar het leven eenvoudig en puur was.
In 1904 liet schilder en illustrator Edzard Koning aan de rand van het dorp schuin tegenover zijn collega Arthur Briët een huis met atelier bouwen, waar hij tot 1918 bleef wonen. Hier maakte hij dromerige impressionistische schilderijen die een vreedzaam beeld van het harde bestaan op de arme grond geven. De eenzame, op het aardappelveld werkende figuren stralen vooral rust uit. De alledaagse taferelen die Edzard Koning schilderde hebben vaak een sprookjesachtige sfeer. Ook al zijn hier alleen een scharrelend kipje en grazend geitje te zien, het huisje ademt de sfeer van Hans en Grietje. Vanuit Nunspeet, en later vanuit Voorthuizen, toont Edzard zijn liefde voor de schitterende boomrijke omgeving van de Veluwe in een ruime collectie van litho’s, gekleurd krijt, aquarel en olieverf.
Koning maakte veel schetsen in de vrije natuur, die hij in zijn atelier vaak tot precieze tekeningen, aquarellen en litho’s uitwerkte. Rond 1900 krijgt Edzard Koning grote bekendheid als illustrator van De kleine Johannes van Frederik van Eeden. Als de firma Verkade plaatjesalbums over de natuur gaat uitgeven met teksten van Jac .P. Thijsse wordt Edzard Koning gevraagd om vier albums te illustreren.
De tentoonstelling geeft een uitgebreid overzicht van het oeuvre van Edzard Koning, maar ook van zijn nog bekendere broer Arnold Koning zal er werk te zien zijn.
Beeld: Jonge vrouw met hoed in tuin met bloeiende rododendrons. Gemeente Nunspeet, particuliere collectie