De Franse filosoof Jean-Luc Nancy wordt gevolgd op verschillende locaties en momenten, gedurende een aantal gesprekken. Op zeker een moment, voor de aanvang van een gesprek, waarin de camera net klaar is gezet en gericht wordt – schijnbaar uit het niets, als een soort van soundtest – spreekt Nancy deze zin uit als een introductie van de beelden: These are the last images of a world that soon will no longer exist. Het greep Bas de Weerd als kunstenaar aan, omdat het gaat over de ambivalentie van het beeld in zijn relatie tot de werkelijkheid. Het beeld als een kentering, een omslagpunt in de tijd. Het beeld als een moment van ‘er zijn’,  een moment dat zonder overgang weer overgaat in er niet (meer) zijn.

In zijn four inbetween days in the Room for the Study Of Loneliness toont De Weerd onder andere recente monotypes. Iedere afdruk is uniek en onherhaalbaar. Hij is bezig met de negatieve vorm, met de ‘gaten’, zo je wil. Gaten zijn ruimten die liggen te wachten om gevuld te worden, zich vol te zuigen – of om gewoon open te blijven liggen. Het zijn de open plekken in het woud van de werkelijkheid: de ‘Lichtung’ zoals Heidegger het zegt – de  dragende grond van het mens-zijn die zelf geen geschiedenis heeft, in de zin dat ze ‘ooit, ergens’ is ontstaan en is geworden wat ze ‘nu’ is. De ‘Lichtung’ is zelf niet aanwijsbaar maar is het ‘Iicht’ waarin al het werkelijke aan ons verschijnt, waardoor we opeens onszelf zien, als dat wat we zijn, daar waar we zijn.

Beeld: Bast De Weerd, Website R.S.O.L