Publiekslieveling
Het is een van de publiekslievelingen van Singer Laren: *Het blauwe hoedje* van Kees van Dongen (1877-1968). Anna Singer, stichter van het museum, krijgt het doek cadeau van Hein Siedenburg als dank voor haar geldelijke steun ten tijde van de Van Dongen-tentoonstelling in 1937. *Het blauwe hoedje* vormt de directe aanleiding voor deze tentoonstelling over één van Nederlands grootste modernisten.

Ambitie
‘Let maar op, ik ga beroemd worden.’ Het zijn van ambitie doordrenkte woorden van de jonge kunstenaar Kees van Dongen uit Delfshaven. Hij krijgt gelijk en groeit uit tot één van de meest bekende kunstenaars van de 20e eeuw, samen met grootheden als Matisse, Braque en Picasso. Samen met het RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis – belicht het museum het prille begin van Van Dongens loopbaan en zijn doorbraak in Parijs kort na 1900. Er zijn prominente bruiklenen te zien uit binnen- en buitenland, van onder andere Museum Boijmans Van Beuningen, Stedelijk Museum, Rijksmuseum, Museum Voorlinden, Design Museum Den Bosch, Statens Museum for Kunst Kopenhagen, Centre Pompidou, Musée d’Art Moderne de Paris, Musée national Picasso-Paris, het Nouveau Musée National de Monaco en een groot aantal particuliere verzamelaars.

Vernieuwer door kleur en toets
Van Dongen hoort tot de voorhoede van Nederlandse kunstenaars die rond 1900 artistieke vernieuwing zoeken in Parijs. Daar omarmt hij de avant-garde. In 1905 nodigt Picasso hem uit een atelier in het Bateau-Lavoir te betrekken. In het vrije Montmartre bevindt Van Dongen zich in het centrum van vernieuwing. In deze omgeving – in het voetspoor van Van Gogh – ontwikkelt hij zich tot schilder van figuur en vernieuwer door kleur en toets. Naast talent en authenticiteit, bezit Van Dongen bovenal een scherp gevoel, durf en artistieke ambitie.

De weg naar succes
“Van Dongen: een kunstenaar op wien gelet en met wien rekening gehouden wordt.” Anita Hopmans, senior conservator van het RKD en specialist in het oeuvre van Van Dongen, heeft de tentoonstelling samengesteld en is auteur van de bijbehorende catalogus. Zij neemt de bezoeker stap voor stap mee op de weg die Van Dongen aflegt richting succes. Hij begint als anarchistisch tekenaar en debuteert als schilder bij Galerie Vollard. Al snel volgt zijn doorbraak in Parijs. In zijn atelier aan de rue Saulnier naast de Folies-Bergère maakt hij als eerste kunstenaar gebruik van elektrisch licht. Een hoogtepunt in zijn oeuvre vormt het gebruik van onnatuurlijke en vervreemdende kleuren. Dankzij het onderzoek van Anita Hopmans zijn tot op heden onbekende schilderijen uit de avant-garde jaren van Van Dongen bijeengebracht en ontstaat een completer beeld van zijn ontwikkeling.