Het Allard Pierson en het Nationaal Slavernijmuseum presenteren Not My Soul, een tentoonstelling over slavernij in Suriname in relatie tot slavernij in de oudheid. Welke invloed had het Romeins recht op de manier waarop slavernij in Suriname werd geregeld? En hoe gaven slaafgemaakten het dagelijks leven en hun zoektocht naar vrijheid vorm in beide periodes? Rond deze vragen zijn voorwerpen uit de koloniale-, postkoloniale en archeologische collecties van het Allard Pierson onderzocht. De tentoonstelling is verrijkt met hedendaagse kunst.

In Not My Soul maak je kennis met systemen van onderdrukking in verschillende samenlevingen. Daarnaast zien ze hoe slaafgemaakten, binnen de beperkte ruimte die daarvoor was, uiting gaven aan hun menszijn. Er zijn verhalen verzameld uit de archeologische collecties van de Griekse en Romeinse wereld en de collectie Surinaamse geschiedenis- en cultuurcollecties (Surinamica) van het Allard Pierson.

Slavernij in de oudheid
Vrijwel alle archeologische voorwerpen in de tentoonstelling zijn geproduceerd door of met behulp van slaafgemaakten. Het marmer voor standbeelden en het metaal van de munten werd door slaafgemaakte mijnwerkers gehouwen en gewonnen. De aardewerken potten, bekers en borden zijn gemaakt in werkplaatsen waar voornamelijk slaafgemaakten werkten. Diensten en ambachten die werden uitgevoerd vereisten opleiding, kennis en bekwaamheid. Het beroep van arts bijvoorbeeld werd in de Romeinse tijd door onvrije mensen uitgeoefend en zij waren het die de medische instrumenten maakten en boeken met de hand kopieerden. De tentoonstelling illustreert de werking van het slavernijsysteem in de oudheid onder andere met papyrusfragmenten. Een voorbeeld is het fragment met de ’transactie’ van de 22-jarige Alexandra, die voor de tweede maal in haar leven werd verkocht.

Beeld: Campagnebeeld Not My Soul, Allard Pierson