De Haagse Hermanus Davinus Heuff (1875-1945) werkt aanvankelijk als ambtenaar bij het Ministerie van Financiën. Maar in zijn hart is hij kunstenaar. In 1916 krijgt hij bij Koninklijk Besluit een jaar onbetaald verlof om te bezien of hij met tekenen, etsen en schilderen een bestaan kan opbouwen. Dat lukt, en Heuff ontwikkelt zich als schilder van landschappen, bloemstillevens en stads- en havengezichten. Hij volgt avondlessen bij onder anderen Floris Arntzenius aan de Akademie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Zijn vroege werk sluit aan bij de Haagse School.
Gedurende zijn hele leven voelt Heuff zich verbonden met Schouwen-Duiveland. In 1904 trouwt hij in Zierikzee met Jacobina Tannetje (Tanne) Schoonakker (1877-1976). Haar familie woont in Rotterdam maar is afkomstig uit Zierikzee, waar Tanne vaak logeert bij haar tante Priene van der Weele-Peute. In de Trouwzaal van het stadhuis van Zierikzee (het huidige Stadhuismuseum) trouwt het stel. Het echtpaar gaat in Voorburg wonen, waar drie dochters worden geboren. De familie verhuist uiteindelijk naar Heemstede, waar Heuff een groot sociaal netwerk opbouwt en onder anderen bevriend raakt met de jonge broers Anton en Henri Pieck.
Beeld: Herman Heuff
