9 april 2025

Wie Victor Hugo enkel kent als schrijver Les misérables en De klokkenluider van de Notre Dame, zal verrast zijn: in de Royal Academy of Arts in Londen is een tentoonstelling van zijn tekeningen te zien – en die zijn duister, dromerig en vol fantasie.

Victor Hugo, ‘Ecce lex’, 1854, Maisons de Victor Hugo, Parijs / Guernsey, foto: CCØ Paris Musées / Maisons de Victor Hugo

De laatste publieke executie op het eiland Guernsey vond plaats op 10 februari 1854, toen de wegens moord veroordeelde John Tapner daar werd opgehangen. De Franse schrijver Victor Hugo (1802-85) was erbij. Als fel tegenstander van de doodstraf had hij een beroep op de autoriteiten gedaan om het leven van Tapner te sparen. Tevergeefs. Na de terechtstelling maakte Hugo vier tekeningen die tonen hoe de overledene roerloos aan de galg bungelt. Een ervan (Ecce lex, 1854) is nu te zien op de indrukwekkende tentoonstelling ‘Astonishing things – The drawings of Victor Hugo’ in de Royal Academy of Arts in Londen. Het is een kunstwerk van verbluffende originaliteit. De gehangene zweeft als een morbide geestverschijning in een soort vacuüm. Het onderscheid tussen aarde en lucht is opgeheven. Tapners lange haar, zijn rechterschouder en bovenarm en een voet lichten fel op. De rest van het ontzielde lichaam is opgeslokt door de duisternis.

Zaaloverzicht ‘Astonishing things – The drawings of Victor Hugo’, foto: © Royal Academy of Arts, London / David Parry

Octopus als sinister wezen
Het morbide onderwerp en de gedurfde lichtval roepen het werk van Goya en Rembrandt in herinnering. En dan te bedenken dat de maker louter voor zijn plezier tekende en zijn werk bij leven nooit heeft geëxposeerd. Daarmee is overigens niet gezegd dat Victor Hugo een bescheiden man was. Als een van de populairste schrijvers van zijn tijd, mocht hij zich graag over maatschappelijke kwesties uitspreken. Dat bracht hem in het revolutiejaar 1848 in het Franse parlement, waar hij fel tekeerging tegen president Louis Napoleon. Toen die in 1851 een staatsgreep pleegde en zichzelf tot keizer (Napoleon III) benoemde, zag Hugo zich genoodzaakt Parijs te ontvluchten. Hij zou een aanzienlijk deel van de rest van zijn leven in ballingschap doorbrengen in Brussel en (vooral) op Guernsey. Daar schreef hij romans (Les misérables, 1862) en politieke pamfletten en maakte lange wandelingen. En tussen de bedrijven door tekende hij dus: de branding, schepen, kades, wrakken, vuurtorens en rotsen. Maar ook: sprookjesachtige kastelen, groteske koppen, fabeldieren, gotische torens en monsters. Want werkelijkheid en fantasie gaan in het getekende oeuvre van Hugo hand in hand. Neem bijvoorbeeld de octopus die als blikvanger voor de Londense tentoonstelling fungeert. Hugo zal deze dieren in de havens van Guernsey hebben gezien. Maar op zijn tekening is het een sinister wezen dat met zijn onwezenlijk lange tentakels een onstuimige dans lijkt uit te voeren.

Zaaloverzicht ‘Astonishing things – The drawings of Victor Hugo’, met ‘Octopus’, (1866-69). foto: © Royal Academy of Arts, London / David Parry

Pionier
Iets vergelijkbaars zien we in zijn tekening van de vuurtoren van Casquets. Hugo geeft er een eigen draai aan door er een vervaarlijk slingerende trap voor te plaatsen: een wonderlijke en wankele constructie die niet zou misstaan in zijn eigen succesroman De klokkenluider van de Notre Dame (1831). Er zit iets prettig tegendraads in de manier waarop Hugo de realiteit aanvult en inkleurt met droombeelden, onbestaanbare bouwwerken en mistflarden. Ook schotelt hij de kijker regelmatig amorfe vlekken of inktspatten voor waarin we naar eigen believen iets mogen proberen te ontwaren. In dat opzicht mag Hugo gerust als een pionier worden bestempeld. Meer dan een halve eeuw voordat de surrealististen kunst maakten op basis van toevallig ontstane vormen (‘écriture automatique’) experimenteerde Hugo daar al volop mee door wat verdun­de inkt of koffie(!) op een papier te morsen en de vlekken uit te werken in nieuwe creaties. Op zijn tekening Landscape reflected in water (1850) is nog te zien hoe hij het papier gevouwen heeft om aan weerszijden identieke vormen te laten ontstaan. Er zijn ongeveer 3000 tekeningen van Hugo bewaard gebleven. De Royal Academy heeft daar een keuze van 70 exemplaren uit gemaakt, waarbij het accent op zijn meer fantasierijke en experimentele werk ligt. Ze laten zien dat de beroemde schrijver ook een voortreffelijk en hoogst eigenzinnig kunstenaar was. De karakterisering ‘astonishing things’ in de titel van de tentoonstelling (een citaat van Vincent van Gogh) is dan ook volkomen terecht.

Zaaloverzicht ‘Astonishing things – The drawings of Victor Hugo’, foto: © Royal Academy of Arts, London / David Parry