3 december 2025
Als columnist van Museumtijdschrift deelt Pauline Broekema in elk nummer haar persoonlijke kunstobservaties. In deze column, uit nummer 7/2025, gaat ze in Alkmaar op zoek naar een zeventiende-eeuwse liefde tussen een zeeofficier en de getalenteerde Maria Tesselschade Roemers Visscher – een verhaal dat voortleeft op een schuttersstuk van Zacharias Paulusz en opnieuw aan het licht komt door archeologische vondsten na een stadsbrand.
Extra: luister hieronder de door Pauline Broekema ingesproken column.

Hij, die schutter met zijn pluimenhoed, daar links in het midden, in zijn rood-oranje uniform met goud geborduurd en zijn hoge, witte kraag. Die bruine ogen, het scherp gesneden gezicht, de enigszins gereserveerde houding. Hij brengt twee jaar later een zeer getalenteerde vrouw het hoofd compleet op hol.
Een blik en een val
Het is op of rond Pasen in 1623 als Allard Crombalch, een aantrekkelijke zeeofficier uit Alkmaar, een kerk in Amsterdam binnentreedt om een eredienst bij te wonen. Vondel zal later in een gedicht beschrijven wat er met zijn goede vriendin Maria Tesselschade Roemers Visscher gebeurt. Eén oogcontact met de jongeman uit Alkmaar is genoeg. Ze valt flauw. “Sy swijmde”.
Daar ligt Maria Tesselschade op de stenen kerkvloer. Die wonderlijke voornaam dankt ze trouwens aan haar vader, een scheepsverzekeraar. Hij verloor ooit nogal wat schepen door een storm bij Texel.

In vuur en vlam
Maria spreekt Frans en Italiaans. Dicht, schildert, borduurt. Graveert glazen, speelt luit, viola da gamba en klavecimbel. En ze is haar tijd ver vooruit: naast paardrijden kan ze ook zwemmen.
Die kerngezonde Maria Tesselschade is in de kerk onderuitgegaan.
Anna Roemers Visscher buigt zich over haar jongere zus. “Wat deert u?” Heeft ze ‘vergiften roock’ ingeademd? Of heeft ze te ‘yvrigh’ gevast, dus te lang niets gegeten?
Maria Tesselschade komt bij en stelt haar zus gerust. Niets aan de hand. Talloze aanbidders heeft ‘Tesseltje’, maar dit is hem. Ze staat in vuur en vlam. “Mijn boesem is vol brands,” laat ze weten.
Bekijk hier de Zomercolumn die Pauline Broekema in 2015 voor de NOS maakte, waarin ze op bezoek gaat bij de Alkmaarder van wie zowel de woning als de winkel in vlammen opgingen.
Verbrand verleden
Op 1 januari 2015 heb ik als NOS Journaalverslaggever ochtenddienst en word al om vijf uur uit bed gebeld. In Alkmaar, aan de Langestraat, woedt een enorme uitslaande brand. Vermoedelijk ontstaan door vuurwerk. Meerdere panden zijn al verwoest en men heeft het vuur nog steeds niet onder controle. Bij de afzetting in de Langestraat tref ik de eigenaar van een gerenommeerde herenmodezaak. Verbijsterd en intens verdrietig staart hij naar de smeulende resten van zijn modehuis en woning.
We houden contact. Maanden later mailt hij me dat, voor hij kan herbouwen, eerst archeologisch onderzoek moet worden uitgevoerd. Men vindt sporen van de bewoonster van destijds. Enkele spectaculaire vondsten liggen in een vitrine naast het groepsportret met Allard. Een scherf van een door Maria gegraveerd glas, een leren schoentje en een klein ringetje. Het topstuk is een trouwring met een diamantje.
Schrijf het van je af
Maria en Allard hebben, blijkt uit brieven, een goed huwelijk. Van de twee is trouwens zij degene die werkt; hij renteniert. In 1634 voltrekt zich een ramp. Hun negenjarige dochter Teetje overlijdt aan kinderpokken. Haar vader is er zo kapot van dat zijn arts hem een kalmerend middel geeft. Het blijkt een overdosis. Allard sterft een dag later.
Maria Tesselschade blijft overeind. Zij, de ervaringsdeskundige, zal jaren later anderen bijstaan in hun verdriet. In een gedicht adviseert ze een vriend: houd het leed niet bij je maar schrijf het van je af: “Hij stel syn leed te boeck, zoo heeft hij ’t niet ’t onthouwen.”
Dat doet zij ook. Ze schrijft en dicht. En bezoekt, tussen de werkzaamheden door, vast wel eens de Oude Doelen. Om even dat schitterende schuttersstuk te zien en hem in de ogen te kijken. En weer te weten hoe gelukkig ze met hem was.
