26 februari 2025

Het Sexually Abused Artists Collectief werd opgericht in 2021 door Jan Hoek. De leden zijn actief in verschillende disciplines, naast beeldende kunst ook mode, literatuur en fotografie. De gemeenschappelijke factor: ze zijn voor hun achttiende misbruikt en verwerken dat in hun werk. Hun eerste groepstentoonstelling is onlangs geopend in Het Nieuwe Domein in Sittard, ver weg van Amsterdam, waar het collectief is gevestigd. De keuze voor luwte boven schijnwerpers is begrijpelijk, want er hangt nog steeds een taboesfeer rond dit onderwerp en al te veel aandacht zou zomaar kunnen leiden tot victimblaming en vuilspuiterij op social media, wat helaas nog al te vaak voorkomt.

Manipulatie in kindertaaltje
Er is geen voorgeschreven volgorde om het werk van de vijftien exposanten te bekijken, maar het voelt logisch om links te beginnen, bij The faces of rape van de kunstenaar die werkt onder de naam FBVG. Deze wand met portretten geeft de slachtoffers meteen een gezicht. Het zijn peuters, kleuters en tieners met verschillende huidskleuren en achtergronden. Sommigen zijn nog onbekend, getuige de zwarte vlakken in het ensemble.
Om de hoek deelt Ronald Ophuis een rechtse directe uit met zijn immense schilderij van drie voetballers die in de kleedkamer een teamgenoot tegen de grond drukken en verkrachten met een colafles. Veel subtieler, bijna omfloerst, is de video van Frederique Pisuisse. Terwijl grote, bruine slakken over een naakt vrouwenlichaam bewegen, vertelt een stem over haar eerste date als dertienjarige met een ruim twintig jaar oudere man. Hoe hij haar meenam in zijn Mercedes en haar een blok hasj cadeau deed op haar verjaardag. De voice-over is vervormd, de beelden gefragmenteerd en de traag bewegende slakken symboliseren de herinneringen die aan het slachtoffer zijn blijven plakken en stuurloos over en langs elkaar heen kruipen.
Ankie van Kasteren was nog jonger, elf pas, toen zij online werd ingepalmd door een dertiger. In een grote fotocollage toont ze een prepuber als stoeipoes in kort rokje en zelfs bikini. Tussen de volwassen verleidingsposes zijn appberichtjes van haar misbruiker afgedrukt. Hij kijkt uit naar “huggie huggie” en verpakt zijn manipulatie in een geforceerd kindertaaltje.

Dader met alzheimer
Hoewel de tekst “Wish I had a gun to shoot your ugly face” op een schilderij van Mandy Nijhof er geen doekjes omwindt, is deze tentoonstelling er niet op uit om schuldigen aan de publieke schandpaal te nagelen. Het gaat primair om de gevoelens van de slachtoffers – wat het gebeurde heeft gedaan met hun zelfbeeld, geheugen en kijk op de wereld. Dat maakt deze tentoonstelling meer dan alleen een verwerkingsproces, waarbij je je als buitenstaander al snel een voyeur zou kunnen voelen.
“Het gebeurde omdat ik alleen ben”, schrijft Valentijn Hoogenkamp bij abstracte tekeningen van een verkrachting. Ronduit teder is dichter Ted van Lieshout die zijn misbruiker memoreert als “een vreemde haast/ die ongedwongen – familie is gewoonte/ mij omarmt, aait en bestaat alleen voor mij”. Helemaal complex wordt het als de dader een geliefd familielid is, zoals in het geval van Rebecca Simons. Dat haar opa ongeoorloofde dingen met haar deed, realiseerde zij zich pas toen hij alzheimer had en oma op sterven lag. Hoe de perceptie kan veranderen, toont zij door dia’s uit haar kindertijd te projecteren op brieven geschreven op glasplaten en transparante doeken. Het beeld wordt daardoor zachter, gelaagd maar ook instabiel.
Twijfel aan de eigen herinneringen speelt vaak een rol, laat Jan Hoek zien. In een video ondervraagt hij ‘zijn’ dader, die glashard ontkent ooit met hem in het park te zijn geweest. Hoek weet het zelf ook niet meer zeker, maar wat hij voelt is echt. Dit blijkt uit de titel van het werk, tevens tentoonstellingstitel, die onderstreept dat daders misschien een paar jaar gevangenisstraf krijgen maar slachtoffers levenslang veroordeeld zijn.
