19 oktober 2022
De National Gallery in Londen viert de honderdste geboortedag van Lucian Freud met een grote overzichtstentoonstelling. Ruim honderd werken tonen nieuwe inzichten in het werk en leven van deze wereldberoemde portretschilder.
Lucian Freud (1922-2011), kleinzoon van de vermaarde psycholoog Sigmund Freud, werd geboren in Berlijn maar verhuisde op tienjarige leeftijd met zijn ouders naar Engeland. Al vroeg ontwikkelde hij een bijzondere band met de National Gallery, die hij talloze keren (ook na sluitingstijd) bezocht. Hij dichtte het museum therapeutische en zelfs helende eigenschappen toe. Zijn honderdste geboortedag wordt daar nu gevierd met een heerlijke overzichtstentoonstelling, waarin bekende en onbekende werken elkaar afwisselen.
Ontregelend
Zijn beroemde naakten zijn voor het laatst bewaard. New Perspectives luidt de ondertitel van de tentoonstelling en inderdaad: de samenstellers doen hun best het bestaande beeld van de schilder op te frissen en te nuanceren. Freud is vooral bekend van zijn portretten van voluptueuze en vlezige naakten die opvallen door hun bijzondere intimiteit. Veel van die schilderijen zijn niet alleen naakt in de fysieke betekenis van het woord, maar óók op een ander, abstracter niveau. Alsof de modellen behalve hun kleren ook reserves, remmingen en decorum van zich af lieten vallen. Die intimiteit werkt zowel ontwapenend als ontregelend, want soms hebben deze portretten iets vervreemdends of zelfs afstotends. Onder de noemer ‘The Flesh’ komen deze naakten in de laatste zaal aan bod.
Flirten met surrealisme
In de voorafgaande zalen worden vier andere thema’s behandeld die laten zien dat Freud in zijn ruim zeventig jaar omspannende carrière wel meer pijlen op zijn boog had. ‘Becoming Freud’ toont de zoektocht van de schilder naar een eigen stijl en zijn flirt met surrealisme en Nieuwe Zakelijkheid. Stilistisch staan deze nauwgezette schilderijtjes ver af van de grofgeborstelde portretten op (veelal) groot formaat die hij later zou maken. Maar ook het vroege werk getuigt al van een bijzondere intensiteit, zoals op ‘Girl with Roses’, het portret van een vrouw met onwerkelijk grote ogen en een kapsel waarin je de individuele haren bijna kunt tellen.
Bij het thema ‘Portraying Intimacy’ treffen we familie en vrienden van Freud en wordt aandacht besteed aan de lange en intense portretsessies die hij nodig had om tot resultaat te komen. In andere zalen komen de nodige beroemdheden langs waaronder wijlen koningin Elizabeth en David Hockney, en wordt aandacht besteed aan de portretten die de kunstenaar op het sterfbed van zijn moeder maakte. Ook zijn er de nodige schilderijen met kunsthistorische verwijzingen, waarbij we zien hoe Freud door uiteenlopende kunstenaars als Hans Holbein, Peter Paul Rubens en Jean-Auguste-Dominique Ingres werd beïnvloed.
Klinische distantie
Ook is op de tentoonstelling te zien hoe Freud behalve mensen weleens dieren portretteerde. En als stillevenschilder stond hij evenwel z’n mannetje, getuige onder meer zijn prachtige dode reiger op ‘Dead Heron’ uit 1945. Naar Freud kijken is een spel van aantrekken en afstoten. Zijn blik is vaak zeer liefdevol, zoals op een portret van twee slapende mannen waar de ene zijn hand op de kuit van zijn partner heeft gelegd. Maar de manier waarop Freud zijn moeder op haar doodsbed tekende, getuigt dan weer van klinische distantie.
In de laatste zaal maken de samenstellers een opmerkelijk statement. Tussen de naakten hangt een groot portret van Andrew Parker Bowles, de voormalige echtgenoot van de vrouw die zich binnenkort koningin van Engeland mag noemen. Hij is gekleed in een militair galauniform, behangen met onderscheidingen, een brede rode bies op zijn broek, sporen aan de glimmend gepoetste laarzen, een in zichzelf gekeerde blik. Waarom is dit portret bij het thema ‘The Flesh’ ondergebracht? Conservator Daniel Hermann: “Omdat dit portret misschien wel naakter is dan alle omringende portretten van mensen die géén kleren aan hebben.”
Ik zag de tentoonstelling op de 2e openingsdag, nog weinig tot geen publiek, dus goede kijkgelegenheid. Ik vond de inrichting zeer opmerkelijk, weinig tekst of toelichting. Geen roddels, aanmerkingen op gedrag of liefdesleven: prima natuurlijk. Geen enkele vermelding van de invloed van anderen (Francis Bacon!): wonderlijk! En op het irritante af dat, vanaf het weinig voorspellende/voorstellende beginwerk, al vanaf zijn eerste penseelstreek, al volop gewezen werd op die toekomstige grootsheid. Van nieuwe inzichten was geen sprake, kan ook bijna niet, hij is absoluut gecanoniseerd. Daarvan was hij bij leven zelf ook al overtuigd, trouwens. Unieke schilder, natuurlijk, buiten kijf.
Met Francis Bacon beschouw ik Lucian Freud als de giganten van de moderne schilderkunst: enorme intensiteit, kracht, warmte en met name toch ook intimiteit . Zijn rauwheid weerspiegelt zijn genegenheid voor de geschilderde persoon. En het helpt natuurlijk dat hij gewoon goed kan schilderen