8 maart 2023

De redders van de schilderkunst komen volgens ‘Brave New World’ uit Azië, Afrika en Zuid-Amerika. Maar de vernieuwing in deze parade van steengoede schilderkunst zit vooral in de verhalen die ze op doek vertellen en minder in de ontwikkeling van het medium.

Zaaloverzicht met werk van Anh Trân

Tussen de dertig en veertig jaar oud zijn kunstenaars meestal op hun best: ze hebben hun eigen stem gevonden, maar zijn nog jong en hongerig genoeg om tot het uiterste te gaan. Wat dat betreft belooft de selectie die Hans den Hartog Jager voor ‘Brave New World’ in Museum De Fundatie maakte veel goeds. De zestien schilders zijn geboren tussen 1982 en 1993. Deze millennials leven echter in een andere wereld dan hun ouders toen die zo oud waren. In de tijd van de babyboomers domineerde de witte heteroseksuele man – ook in de schilderkunst. Maar globalisering en emancipatie hebben sindsdien toegeslagen en dat is op weinig plekken zo zichtbaar als in ‘Brave New World’. Vrouwen zijn hier goed vertegenwoordigd, nogal wat makers zijn van kleur en nee, er zit niet één witte heteroman tussen.
Toch presenteert Den Hartog Jager, die onlangs in zijn NRC-rubriek Wereldkunst een wisseling van macht en tijdgeest schetste, deze tentoonstelling in Zwolle niet als een grote diversiteitsshow die de verhoudingen eens zal rechttrekken. Volgens hem geven deze relatieve nieuwkomers verse impulsen aan de schilderkunst, die in het Westen wel zo’n beetje uitontwikkeld zou zijn. Vandaar de ondertitel: 16 schilders voor de 21ste eeuw.

Zaaloverzicht met werk van Melike Kara

Visuele gebeden
Nu is het met de westerse schilderkunst minder slecht gesteld dan de tentoonstellingsmaker beweert, maar het moet gezegd: tentoonstellingen met de hoge kwaliteit van ‘Brave New World’ zijn dun gezaaid. Voor verfliefhebbers is hier veel te genieten – en ontdekken. Want de regelmatige museumbezoeker heeft waarschijnlijk al eens de collages van Neo Matloga gezien en de bijna geboetseerde straattafereeltjes van Raquel van Haver, die hier naar een nog barokker niveau worden getild. Maar de rest is zelden tot nooit in Nederland te zien geweest.
Geheel volgens de huidige representatietrend zoeken de meeste exposanten hun inspiratie in het eigen leven. Zo toont Louis Fratino (Verenigde Staten) in bijna naïeve stijl het huiselijk leven van een homostel – inclusief de kleine ruzie waarna hij een nacht op de bank sliep. Portia Zvavahera (Zimbabwe) beschrijft haar doeken als ‘visuele gebeden’ waarin ze reflecteert op het moederschap en de relatie met haar echtgenoot. En de Duitse Melike Kara ging patronen van Koerdische tapijten naschilderen toen haar oma begon te dementeren en zij de levende link met haar roots dreigde kwijt te raken.
Kara is overigens een van de weinige schilders die niet-figuratief werkt. Een andere is Anh Trân (Vietnam), die een eigen, Aziatische draai geeft aan het Amerikaanse abstract expressionisme uit de jaren ‘50. Ook Loie Hollowell (Verenigde Staten) grijpt op vernieuwende wijze terug op de westerse kunstgeschiedenis door de geometrische beeldtaal van vroegere verfmacho’s in te zetten om borsten en buiken te schilderen. Streng formalisme verandert in organische sensualiteit.

Zaaloverzicht met werk van Raquel van Haver

Schilderrobot
De landschappen van de Braziliaanse Marina Rheingantz zijn verpletterend goed. Bloesem dwarrelt als confetti, letters duiken op in het struikgewas en een verdwaald propje rood of onverklaarbare blauwe lijnen zetten de compositie onder hoogspanning. Ook Issy Wood verdient extra aandacht. Deze Britse kunstenaar schildert op fluweel, waardoor haar licht ontregelde voorstellingen de soft focus uitstraling van een droom krijgen. In Untitled (I can’t believe you like that) herken je eerst een glimmend theeservies en daarna pas de gespierde torso waar het bovenop is geschilderd, twee elementen die zich ook daarna niet tegelijkertijd laten zien.
Maar zelfs bij deze twee stilistische toppers gaat het meer om wat ze schilderen dan hoe. De vernieuwing die ‘Brave New World’ zegt te brengen zit vooral in de boodschap, niet in de ontwikkeling van het medium schilderkunst. De enige uitzondering is het werk van Avery Singer, dat eruitziet als fotorealisme waar een vandalistische graffitispuiter overheen is gegaan. De Amerikaanse kunstenaar gebruikt de Japanse schilderrobot Michelangelo ArtRobo en dat doet je afvragen: wie is de maker, de machine of de kunstenaar? En kijken we hier naar een kunstwerk of een technologisch product? Met het oproepen van dit soort fundamentele vragen jaag je de schilderkunst pas echt de eenentwintigste eeuw in.

Zaaloverzicht met werk van Neo Matloga, alle foto's: Peter Tijhuis

Alle foto’s: Peter Tijhuis