12 februari 2025
De overzichtstentoonstelling van Saul Leiter in fotografiemuseum Foam in Amsterdam laat zien hoe deze Amerikaanse fotograaf zijn tijd ver vooruit was. Zijn straatfotografie uit de jaren vijftig en zestig werd pas decennia later op waarde geschat.

Net als Jacques Henri Lartigue op zijn 69ste in 1962 met decennia oud werk werd herontdekt, overkwam dit de Amerikaan Saul Leiter (1923-2013), eveneens 69 jaar oud, in 1992. Leiter was modefotograaf voor Amerikaanse tijdschriften en een abstract schilder in ruste. Wel vaker wordt het werk van fotografen aanvankelijk niet binnen de fotografiewereld, maar in de beeldende kunst als vooruitstrevend en vernieuwend erkend. De fotografie ontwikkelt zich namelijk sneller dan de kritische beschouwing ervan.

Zetstukken
Al in 1953 werden de kleine zwart-witfoto’s van Saul Leiter – waarvan er veel in Foam te zien zijn – geselecteerd door de befaamde fotograaf en tentoonstellingsmaker Edward Steichen voor een tentoonstelling in MoMA in New York. Het zijn vrijwel abstracte zoekplaatjes van vlakken in een straatbeeld, met willekeurig ‘aangesneden’ voorbijgangers als zetstukken. Leiter fotografeerde vanaf de heup, op kniehoogte en zelfs vanuit een rijdende stadsbus. Volgens de toenmalige (en dus steeds wisselende) wetten van de fotografie beschouwde men deze raar gekadreerde en bewogen foto’s als mislukt.
Leiter buitte zijn museumdebuut niet uit. Hij greep de kans aan om als modefotograaf bij lifestylemagazines als Vanity Fair en Harper’s Bazaar zijn inkomen te verdienen, en dat deed hij dertig jaar lang. De modespreads op de tentoonstelling bewijzen, net als de lyrisch abstracte gouaches, Leiters vakmanschap, maar toch trekt je blik telkens naar de vrijwel abstracte kleurenfoto’s.

Goedkoop
Doordat hij in zijn modereportages kleur gebruikte ging hij dat ook doen in zijn vrije werk, de straatfotografie. Destijds verwierpen documentairefotografen kleur als plat en commercieel. Kleur leidde volgens hen te veel af en miste de grafische diepgang van zwart-witfotografie. Leiter vond dat onzin. Schilderijen kunnen niet zonder kleur, waarom foto’s dan wel? Hij kocht Kodachrome kleurendiafilm, die je niet zelf hoeft af te drukken, maar ontwikkeld en ingeraamd terugkrijgt van de fotowinkel. De diafilmpjes waren goedkoop omdat ze over de houdbaarheidsdatum heen waren. Het risico op onvoorspelbare, vaak vale kleuren sloot aan bij Leiters liefde voor vluchtigheid.
In 1992 werd Leiters onopvallende New Yorkse straatfotografie opnieuw geselecteerd voor een groepstentoonstelling in het MoMA, ditmaal zijn kleurenfoto’s. Deze herontdekking leidde in 2006 tot zijn eerste fotoboek Early color. De nostalgische ‘verkleurde’ foto’s lijken stills uit sombere genrefilms uit de jaren vijftig. Ze doen ook denken aan de gestileerde schilderijen van Edward Hopper. Kantoormannen in sleetse pakken, slappe gleufhoeden op het hoofd en afgetrapte, rimpelige schoenen aan. Morsige lunchrooms, met opschriften die uiteen zijn gevallen tot losse letters.

Abstract-expressionistische toets
Leiter ving dit sjofele New York bovendien vanuit ongewone standpunten. Wat op het eerste gezicht een berg lijkt, blijkt een overbelichte, besneeuwde straat onder een donker zonnescherm te zijn. Dooi, laaghangende, felle zon, nevel en beregende ruiten die de passanten misvormen, zorgen voor de kenmerkende melancholie van zijn werk.
Soms geeft een felrood of een pets geel de compositie een abstract-expressionistische toets. Je herkent de invloed van Leiters toen ook nog sappelende kunstcollega’s Rothko, De Kooning, Pollock, die zijn eigen en inmiddels ook onze blik op de onafgemaakte wereld bepaalden. Het is jammer dat Foam veel minder kleurenfoto’s tentoonstelt dan op Leiters eerste expositie in Nederland, in het Joods Museum in 2011.
