1 maart 2023

De schilderijen van Vermeer zijn overbekend, maar hoe zag het artistieke klimaat in Delft eruit? Museum Prinsenhof Delft laat zien hoe nauw wetenschap, kunst en techniek met elkaar vervlochten waren.

Zaaloverzicht ‘Het Delft van Vermeer’, foto: Marco de Swart

In het laatste vertrek van de tentoonstelling ‘Het Delft van Vermeer’ ligt een ketting die is samengesteld uit grote metalen schakels. Het betreft een instrument dat door zeventiende-eeuwse landmeters werd gebruikt. Wie een plein, tuin of erf liet aanleggen, deed er verstandig aan het bouwterrein zorgvuldig op te (laten) meten. De roede (ca. 377 centimeter) was daarbij de voorgeschreven maat en het gangbare meetinstrument was een ketting van die lengte. Ook bij het opmeten van meren (met het oog op inpoldering) kon zo’n ketting goede diensten bewijzen, al moesten de landmeters dan natuurlijk wel wachten tot het stevig gevroren had. De meetketting ligt in Delft uitgestald tussen andere gereedschappen en instrumenten die een inkijkje bieden in de toenmalige stand van techniek en wetenschap.

Zaaloverzicht ‘Het Delft van Vermeer’, foto: Marco de Swart

Glazen kijkbuisjes
Van Johannes Vermeer en zijn collega’s is bekend dat ze veel belangstelling hadden voor zaken die eerder op wetenschappelijk dan kunstzinnig terrein lagen: optica en perspectiefleer bijvoorbeeld. Daarnaast waren ze geïnteresseerd in nieuwe astronomische, natuurkundige en technische inzichten – óók uit praktische overwegingen. Door (holle en bolle) spiegels te gebruiken kon een schilder zijn gezichtsveld vergroten of juist verkleinen. Glazen kijkbuisjes konden behulpzaam zijn bij het inkaderen van een compositie. En dan was er nog de camera obscura…
Vermeer heeft bij het opzetten van zijn composities vermoedelijk gebruik gemaakt van deze voorloper van de fotocamera. De tentoonstelling laat zien hoe nauw wetenschap, kunst en techniek in de zeventiende eeuw met elkaar vervlochten waren en besteedt aandacht aan Delftenaren die op deze terreinen actief waren. Daartoe behoort Anthoni van Leeuwenhoek, een kennis van Vermeer die mogelijk door hem is geschilderd, maar ook minder bekende tijdgenoten zoals de wiskundige Jacob Spoors en de lenzenslijper Evert Harmensz Steenwijck. Spoors begon zijn carrière als chirurgijn, maar werd later landmeter en notaris. Hij zette zijn astronomische, wiskundige en optische theorieën uiteen in een pamflet dat Vermeer moet hebben gelezen.
Steenwijck speelde een rol bij de ontwikkeling van de telescoop. De kinderen van beide mannen kozen voor het schildersvak. Harmen en Pieter Steenwijck ontwikkelden zich tot succesvolle stillevenschilders. De carrière van de zoon van Spoors, Matthias, werd in de knop gebroken toen hij – tegelijkertijd met zijn leermeester Carel Fabritius – om het leven kwam bij de kruitramp van 1654.

Zaaloverzicht ‘Het Delft van Vermeer’ met ‘Kruisiging’ van Jacob Jordaens, foto: Marco de Swart

Schoonmoeder en bakker
Die ramp vormde dan weer een populair onderwerp bij Delftse kunstenaars. Egbert van der Poel (wiens dochter tot de slachtoffers behoorde) heeft er ten minste twintig voorstellingen van geschilderd. Om de verwevenheid van al deze personages nog maar eens te benadrukken: de stiefmoeder van Van der Poel was een tante van Vermeer. Gelet op deze familiebanden is het niet gek om te veronderstellen dat hij de leermeester van Johannes geweest zou kunnen zijn.
De tentoonstelling brengt ook de relaties van Vermeer met familieleden, begunstigers, regenten en collega-kunstenaars in kaart. Enkele landschappen die op zijn interieurstukken aan de muur hangen zijn geïdentificeerd als werken van zijn Delftse vakgenoten Pieter van Groenewegen en Pieter Jansz van Asch. Twee andere schilderijen die Vermeer in zijn interieurs afbeeldde (en die tot de topstukken op de tentoonstelling behoren) zijn De koppelaarster van Dirck van Baburen en een Kruisiging van Jacob Jordaens. Het schilderij van Van Baburen hing aan de muur bij zijn schoonmoeder Maria Thins, en de Jordaens maakte vermoedelijk deel uit van de werken die Vermeer als kunsthandelaar in voorraad had. Zelfs middenstanders komen aan bod, zoals de bakker Hendrick van Buyten die maar liefst drie schilderijen van Vermeer bezat. Bezoekers van de tentoonstelling kunnen meelezen in het document waarin de weduwe van Vermeer haar schuld bij deze bakker verrekent met twee schilderijen van haar echtgenoot.

Zaaloverzicht ‘Het Delft van Vermeer’ met ‘De Koppelaarster’ van Dirck van Baburen, foto: Marco de Swart